Gemeente en overheid stomt horecaondernemer naar de filistijnen

Mijn naam is Marinus wagenaar, ik heb het café 'T Wâldmantsje. Ik zit 32 jaar in de horeca, maar met deze wetgeving is geen horeca meer te bedrijven.

Ik ben gesloten op basis van het rijden onder invloed in het jaar 2000 en het jaar 2015, waarbij ik beide keren 1 uur een rijverbod heb gekregen. Ik ben 64 jaar en heb verder geen strafblad, maar wordt door de gemeente als boeman neergezet.

In mijn 32 jaar als horecaondernemer, heb ik maar 4 keer de politie hoeven bellen. Een goede leraar heeft immers nooit ruzie in de klaa, echter wordt hier door de gemeente en wetgeving anders over gedacht.

Helaas was ik op donderdag 19 maart 2020 erg ziek, waarop ik 3 vrienden heb gevraagd mij even te helpen. Rond 17.00 hoopte ik in 4 dagen tijd eindelijk weer eens mensen te zien. Na dat ze hun klusjes hebben gedaan, gaf ik ze wat drinken. Er werd op het raam geslagen, waarop ik schreeuwde dat we gesloten waren. Na een kwartier werd er weer hard op de deur gebonsd. Ik deed de deur open en het eerste wat ik kreeg te horen " ik zal maar een goede advocaat nemen als ik jou was". Er kwamen 8 politie's en 2 boa's binnen en benoemden dat ik open was. Met geladen pistool werd mijn zaak onderzocht, maar ze hebben verder niets kunnen vinden.

Een dag later 20 maart, vroeg een vriend mij of hij even gebruik mocht maken van het toilet, natuurlijk antwoordde ik. Wederom werd er op de deur geslagen. Weer kwamen er 8 politie's en 2 boa's binnen. Ik bleef rustig en benoemde dat ik niet alleen was, maar ze niemand zouden vinden. Misschien kwam ik grappig over. ze liepen door de zaak en konden wederom niets vinden. Het goed getraine team liep naar het toilet en zei: " Kom eraf, anders forceren we de deur". Hij kwam uit het toilet en maakte ze uit voor dingen, waar je niet voor uitgemaakt wilt worden. Ik hield me stil. Toen ze weg gingen heb ik nog benoemd, dat ze de volgende dag niet weer hoefden te komen, want kont niet beloven dat ik thuis was.

Op 21 maart werd er opnieuw een inval bij mij gedaan, welke niet op papier stond. Dhr Lutzen was hier en wil getuigen dat hij er was. Over dit geheel kreeg ik te horen dat ik een laatste waarschuwing had. Ik was het er niet mee eens en vond een excuses van de andere kant wel op z'n plaats.

Ik kreeg geen reactie op een brief die ik naar de burgemeester had gestuurd. Op 7 juli was het druk op de kaden. We hadden een breed terras. 00.50 uur vroeg ik of het terras opgeruimd kon worden. Publiek deed leuk mee. Ik benoemde naar de gasten dat niet iedereen meer naar binnen kon en zo gingen er ook een aantal weg. Binnen heb ik nog benoemd dat er 1,5 meter afstand gehouden moest worden. Weer loop ik naar buiten waar ik benoemd heb dat het binnen vol is en ik helaas geen toegang meer kan verlenen.
�ik sprak met de politie toen er gasten aan kwamen lopen, er waren al 30 personen binnen dus heb hen de toegang ontzegd. Ik nam afscheid van de politie met een boks. Gelukkig alles is goed gegaan dacht ik nog.

Vervolgens op vrijdag 11 september om 14.30 uur, zou ik het terras klaar zetten. Zo komen er wederom politie's en handhavers op mij afgelopen. Ze benoemden dat ik binnen een uur dicht moest zijn en nooit meer in de horeca mocht werken.

Waar heb ik dit alles aan te danken als ik al 3 jaar geen overlast heb gemaakt?